De mensheid op een kruispunt
interview met Ross Ashcroft door Gill Fry
Four Horsemen (‘De Vier Ruiters’) is een onafhankelijke Britse documentaire uit 2012, die vragen stelt bij het mondiale economische systeem en suggesties doet om het te hervormen. De film bevat een mengeling van krachtige stukjes film, animaties en interviews met 23 toonaangevende denkers, zoals Noam Chomsky, Joseph Stiglitz, schrijver John Perkins, kinderrechtenactiviste Camilla Batmanghelidjh en voormalig Wall Street-handelaar en journalist Max Keiser.
Op de website van Four Horsemen stellen de filmmakers: “Als meer mensen zichzelf informeren over hoe de wereld echt werkt, kunnen de systemen en structuren die miljarden tot armoede of chronische onzekerheid veroordelen eindelijk ten val gebracht worden. Oplossingen voor de meervoudige crises waar de mensheid mee geconfronteerd wordt zijn dringender dan ooit, maar tegelijk zijn de omstandigheden voor verandering nooit gunstiger geweest dan nu.”
De regisseur van de film, Ross Ashcroft, werd geboren in Liverpool, VK. Hij heeft een graad in landbeheer van het Royal Agricultural College en werkte in de Londense theaterwereld als assistent-regisseur. Hij was medeoprichter van de onafhankelijke productiemaatschappij Motherlode waarvan Four Horsemen de eerste grote film is.
Gill Fry interviewde Ross Ashcroft voor Share International.
Share International: Wat was de motivatie om met dit project te beginnen?
Ross Ashcroft: Rond 2006 realiseerden we ons dat er iets goed mis was in de financiële sector. Sommige excessen waren totaal corrupt en onhoudbaar. Dus je zit naar een van de grootste roofovervallen van de geschiedenis te kijken en je hebt twee keuzes: achterover zitten en het laten gebeuren of er iets aan doen. Ik begon economen en denkers te lezen die gemarginaliseerd waren en vond dat ze echt iets op het spoor waren. Ik vond dat de economie die we hadden totaal niet werkte, de manier waarop we haar runden gekkenwerk was en dat het geheel uiteindelijk moest mislopen.
Vroeger dacht ik: “Laat het maar aan de economen over, zij zullen het wel uitzoeken”, maar toen besefte ik dat economie te belangrijk is om aan economen over te laten. De grote openbaring tijdens het maken van de film was dat de neo-klassieke economie die op de grote universiteiten gedoceerd wordt, en de laatste 150 jaar eigenlijk op de meeste universiteiten, grote onzin is.
Ons idee was niet om bankiers op te jagen en te zeggen “Jullie zijn allemaal slecht,” maar om het hele verhaal te vertellen, namelijk dat de economische spelregels niet volstaan, ongeschikt zijn voor hun doel. Ze moedigen ons gewoon aan om de planeet en elkaar te verwoesten in een vergeefse poging tot vooruitgang. Dat was het verhaal dat verteld moest worden.
SI: Waarom noemde u de film Four Horsemen (‘De Vier Ruiters’)?
RA: Het verhaal van de Vier Ruiters van de Apocalypse staat in het boek Openbaringen dus het is een algemeen bekend beeld. We wilden het verhaal ophangen aan de karakters van vier moderne ruiters: het roofzuchtige financiële stelsel, toenemend georganiseerd geweld, armoede of hongersnood voor de miljarden onderaan en uitputting van de natuurlijke hulpbronnen van de wereld. In onze tijd komen de ‘Vier Ruiters’ voor het eerst in de geschiedenis van de mensheid met elkaar in botsing.
SI: Waarom is de wereldeconomie zo’n chaos?
RA: Het neo-klassieke economische beleid heeft ons de wereld bezorgd die het gevraagd werd te bezorgen. Die ideologie heeft de omstandigheden geschapen waarin de wereld nu verkeert. Een fundamentele dwaling is dat mensen geld met rijkdom verwarren: geld op zich is geen rijkdom. Rijkdom zijn producten, diensten en ervaringen die in de echte economie voorkomen of bestaan. De echte economie is waar jij en ik werken. Banken creëren geld uit het niets, uit lucht, als een cijfer op de computer – en dat perst de echte economie uit, omdat dat nieuw geschapen geld gebruikt wordt voor de aanschaf van echte rijkdom en diensten. Alles, van voedsel tot de schone kunsten, is ervaring waar iedereen deel aan zou moeten kunnen hebben, maar ze worden buiten ons bereik geduwd door het gecreëerde geld dat de prijzen van alles opstuwt. Totdat we begrijpen dat geld en rijkdom niet hetzelfde zijn, blijven we meer geld creëren door een druk op een knop, die de reële economie zal blijven uitpersen.
SI: Dus is de film bedoeld om mensen te helpen zich bewust te worden van de gebreken van ons systeem?
RA: De echte bedoeling is om mensen bewust te maken van het feit dat ze niet alle alternatieven kennen. Er bestaan heel veel alternatieven, maar de grote media vertellen ons voortdurend dat die er niet zijn. Als we zouden beginnen met weer behoorlijke economie te onderwijzen en ons voor eens en altijd ontdoen van het neo-klassieke economische model, zou dat al een stap in de goede richting zijn.
Ideologische controle was jarenlang de basis waarop de huidige samenleving en de gevestigde werkwijzen in stand werden gehouden. De bedoeling achter de film is dat mensen zichzelf gaan onderwijzen om de systemen en de processen die we gecreëerd hebben, te begrijpen en er iets aan te doen.
SI: De film is op 26 filmfestivals te zien geweest. Hoe reageert het publiek er op?
RA: Op alle festivals waar we zijn geweest, was hij uitverkocht. In het begin zeiden mensen: “Je zult deze film nooit verkopen” en “Jullie zullen jonge mensen nooit kunnen interesseren voor economie.” Ze hebben op beide vlakken ongelijk gekregen omdat ongeveer 70 procent van het publiek 35 jaar of jonger is. Die generaties beseffen dat het adagium dat de huidige generatie het beter zal hebben dan de vorige voor het eerst misschien niet langer opgaat. Dus ze zijn, uit noodzaak, gedwongen opnieuw maatschappelijk betrokken. We zijn dankbaar voor alle publieksprijzen: het betekent dat een groot deel van het publiek erop gestemd heeft, niet een panel van ‘deskundigen’.
SI: Toen ik de mensen van de babyboom generatie die geïnterviewd worden, hoorde zeggen: “We hebben enkele verkeerde keuzes gemaakt” bedacht ik me hoe materialistisch de afgelopen 20 of 30 jaar zijn geweest, en hoe vreemd het moet zijn om in deze tijd geboren te worden.
RA: We verkeren in het Westen in een consumptiecoma en mensen beginnen te beseffen dat het enige wat je nodig hebt ‘minder’ is, dat een eenvoudig leven een groots leven is. Er zijn mensen die heel gelukkig zijn, de ‘generatie nul’, die minder dan 100 dingen heeft. Al hun muziek staat op de ‘cloud’ [internet] en ze gaan niet ieder weekend shoppen om spullen te kopen die ze niet nodig hebben, met geld dat ze niet hebben, om indruk te maken op mensen die ze niet mogen! Ik weet niet zeker wat er gebeurd is met de babyboomers; het lijkt alsof ze dachten dat geld en materialisme geluk brengen, wat na de jaren 6o nogal ironisch is.
SI: In de afgelopen jaren hebben verscheidene films dit onderwerp vanuit verschillende hoeken behandeld, zoals The Story of Stuff, Capitalism: A Love Story, Thrive. Laat dit zien dat de mensheid ontwaakt?
RA: Ja, het is een langzame tsunami. Het zal bijna onmogelijk zijn om de ideologische controle vast te houden, dus zal er een nieuw wereldbeeld komen en dat wordt momenteel ingeluid. De mensheid staat op een kruispunt. Tussen twee werelden in. We zien de stuiptrekkingen van het oude systeem – maar dat zal niet met stille trom vertrekken. Ik vind dat we niet te veel aandacht aan het oude systeem moeten geven, maar juist aan het scheppen van het nieuwe, want het oude systeem blijkt prima in staat om zichzelf af te breken.
Het belangrijkste is om je eigen organisaties en instellingen op te zetten, denk aan coöperaties, en hoe je lokaal met mensen en vaardigheden kunt werken die zich in jouw regio schuilhouden. In 10 tot 15 jaar tijd, als de olieprijzen torenhoog gestegen zijn en energie het nieuwe onderwerp van debat is, kun je alleen voorbereid zijn door steun vanuit de gemeenschap en door sterke gemeenschappen te bouwen. Wanneer dat gebeurt, zullen we een stijging van de geluksindex zien en minder individualisme. Margaret Thatchers wereldbeeld van “de samenleving bestaat niet” heeft zijn langste tijd gehad.
SI: Miljarden mensen zullen zich bezorgd en geïsoleerd voelen door hun financiële situatie, maar de film laat zien dat we niet alleen staan in deze ineenstorting en dat het niet ons persoonlijk falen is, maar een mondiale ineenstorting. Heeft u gemerkt dat de film mensen ondersteunt
RA: Een van de bedoelingen van de film was om mensen te laten weten: “Maak je geen zorgen, je wordt niet gek.” Ik denk dat 85 procent van de e-mails die we krijgen van mensen komen die ons bedanken en zeggen: “Ik dacht dat ik gek was.” Het antwoord is: “Je bent niet gek. Het systeem is gek en jij maakt onderdeel uit van dat systeem.” Ze bedanken ons dat we hun laten zien dat het systeem tegen hen werkt en dat ze zich weer normaal voelen…
SI: Waarom berichten de grote media niet uitgebreider over het lijden dat door deze crisis veroorzaakt wordt?
RA: De grote media zijn eigendom van de financiële, verzekerings- en onroerendgoed-sector en die willen niet dat de mensen weten wat er aan de hand is, omdat ze een hoop geld verdienen als mensen dat niet weten. Dat is geen complottheorie, maar de keiharde economische realiteit. Als ik een enorme onroerend-goedonderneming had, plus een verzekeringsmaatschappij en een kredietonderneming, zou ik als eerste veel mediabedrijven kopen om mijn boodschap in het publieke bewustzijn te blijven duwen. En ik zou voor dat station zeker geen film als Four Horsemen boeken!
SI: Denkt u dat de mensheid de hulpbronnen van de wereld eerlijker zou kunnen verdelen?
RA: We zullen wel moeten: de herverdeling van hulpbronnen is een andere hoeksteen. Twee dingen moeten meteen stoppen. Het ene is de speculatie in voedsel en andere basisbehoeften. Er is geen plaats voor speculanten in het Westen die de voedselprijzen opdrijven zodat arme mensen in Afrika en elders honger lijden. Dat is moreel en economisch niet te verdedigen.
Daarnaast moeten we een belastingstelsel opzetten dat mensen de hulpbronnen van hun land laat genieten. Als we olie en diamanten uit Afrika halen, moeten deze mensen een passende vergoeding krijgen en dat geld moet gebruikt worden om infrastructuren te bouwen en scholen, spoorwegen, klinieken en alles wat een fatsoenlijke samenleving nodig heeft om te gedijen. We moeten het idee van gemeengoed opnieuw definiëren en begrijpen dat gedeeld eigenaarschap iets is wat uiteindelijk iedere samenleving bijeenhoudt.
SI: Denkt u dat mensen in principe gericht zijn op samenwerking?
RA: Absoluut. Alleen vanwege de gevestigde structuren en de systemen waaronder we leven, zijn mensen wedijverig en vernietigen elkaar. Wanneer je deze structuren wegneemt, stijgt het verlangen van mensen naar samenwerking ver uit boven het verlangen om uit te buiten en te doden. We zijn geneigd elkaar te helpen, niet elkaar pijn te doen. Iedereen zegt: “De mens is de wolf van de mens”, maar dat klopt niet. Wolven eten elkaar niet op – ze helpen elkaar. Mensen leven ook in troepen en we hebben dezelfde aanleg.
Ik ben een rasoptimist. Ik denk dat het menselijk vernuft ertoe in staat is: we zullen lijden, we zullen wat fouten maken, maar over het geheel genomen zullen we het redden. Er is nooit een spannender tijd geweest om in te leven.
Voor meer informatie:
www.fourhorsemenfilm.com;
www.renegadeeconomist.com
Four Horsemen: The Survival Manual, door Mark Braund en Ross Ashcroft, uitgegeven door Motherlode, 2012. ISBN 978-0-9563985-1-2.
You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 Both comments and pings are currently closed.