Hieronder volgt een selectie uit uitspraken van Maitreya (Boodschappen van Maitreya de Christus), Benjamin Creme’s Meester (Een Meester spreekt) en Benjamin Creme, met betrekking tot het thema ‘Vrije wil’.
Wij begrijpen eigenlijk niet wat vrije wil is. We hebben er een nogal oppervlakkig begrip van, maar we begrijpen niet echt hoe wezenlijk de hoedanigheid van de vrije wil is en waarom het echt onmogelijk is voor de Meesters om onze vrije wil aan te tasten. Vrije wil is nu juist het onderdeel van onze aard dat evolutie mogelijk maakt. Zonder vrije wil zouden we niet evolueren. De Meesters zijn verantwoordelijk voor het Plan van evolutie dus Zij zijn betrokken bij de evolutie, en de menselijke evolutie maakt daar deel van uit. Als Zij onze vrije wil zouden aantasten, die juist aan de basis ligt van de mogelijkheid om te evolueren, zouden Zij een eind maken aan Hun eigen activiteiten en een einde maken aan de hele evolutie van de mensheid – dus dat zal nooit gebeuren. We moeten ons ervan bewust worden hoe belangrijk die vrije wil is en het niet zien als iets waar we aan vasthouden ook al weten we dat we iets verkeerd doen. (Benjamin Creme, De Wereldleraar voor de hele mensheid)
Wanneer jullie Mij zien, zullen jullie weten waarom Ik gekomen ben, want Ik zal een beroep doen op jullie in deze bewoordingen: “Red Mijn kinderen. Voed je broeders. Onthoud dat de mensheid Eén is, kinderen van de Ene Vader. Stel in vertrouwen de goederen der Aarde beschikbaar aan allen die behoeftig zijn. Doe dit nu en red de wereld.”
Zo zal Ik spreken; dat zal Mijn Oproep zijn; en wanneer de mensheid deze Wet aanvaard heeft, zal Ik Mijzelf bekendmaken. Velen zijn er thans die weten dat dit waar is, die verlangen samen te delen, die verlangen naar broederschap, maar toch niet handelen. Niets gebeurt vanzelf. De mens moet handelen en zijn wil omzetten in daden. Die wil is, thans, ook de Wil van God. Daarom is het resultaat verzekerd. (Maitreya, uit Boodschap nr. 31)
De helft van de wereldbevolking leeft nu in armoede; tussen rijken en armen bestaat een enorme kloof. In de spanningen die hierdoor ontstaan, schuilt een groot gevaar voor de mensheid. De Christus zal de weg voorwaarts wijzen, om stap voor stap deze ongelijkheden en spanningen te verminderen, en zo een betrekkelijk rustige overgang naar de Nieuwe Tijd te verzekeren. Alles is zorgvuldig van tevoren geregeld. Niets is aan het toeval overgelaten; maar de mensheid zelf bepaalt de snelheid waarmee de vereiste veranderingen worden aangebracht, want de vrije wil van de mens mag nooit worden aangetast. (Benjamin Creme’s Meester, uit ‘De terugkeer van de Christus’)
Als de mens het wil, kan de transformatie van bestaande structuren snel en met minimale spanningen voortgaan; een blijmoedige aanvaarding van de noodzaak tot verandering zou dit garanderen. Niet alle mensen zien de wereld echter in hetzelfde licht, en sommigen zal het toeschijnen dat de benodigde veranderingen stappen terug zijn, die krachtig verzet vereisen. Wie, dan, zal beslissen? Het is de mens zelf die moet beslissen over het tempo en de omvang van verandering. Op die manier wordt de vrije wil niet aangetast. Geleidelijk zullen de mensen gaan inzien dat radicale verandering onvermijdelijk is, en hoe sneller die wordt ingezet, des te sneller zij de vruchten ervan kunnen plukken. (Benjamin Creme’s Meester, uit ‘De druk neemt toe’)
De Ingewijden en discipelen zijn degenen die het Plan ten uitvoer brengen, door wie de Christus en de Meesters werken en zullen werken. Zij zijn de bouwers van de nieuwe tijd, niet alleen de Christus en de Meesters. Zij kunnen de weg wijzen, maar de feitelijke nieuwetijds structuren – politiek, economisch, financieel, sociaal, enzovoort – zullen alle worden gebouwd door de opgeleide Ingewijden en discipelen van de Hiërarchie, mannen en vrouwen in de wereld. Zij maken geen inbreuk op de menselijke vrije wil, want zij zijn de mensheid. (Benjamin Creme, De Wederverschijning van de Christus en de Meesters van Wijsheid)
Momenteel worstelen de leiders der naties met gebeurtenissen die hun macht te boven gaan. Krachten waar zij niets van weten, bewegen hen tot ongeplande en vaak hysterische reacties. Zij vluchten van chaos in chaos, aangevoerd door hun eigen dogma. Intussen wachten Wij geduldig. Wij kennen de uitkomst van het huidige dilemma van de mens en helpen zoveel als binnen de wet van karma mogelijk is. Wij weten ook dat de mens, uit eigen vrije wil, het pad moet kiezen naar toekomstige glorie: het pad van broederschap en liefde, rechtvaardigheid en samendelen. Wij schieten de mensen te hulp in hun nood. Wij streven ernaar te onderrichten en te dienen. De mens zelf moet handelen en zijn goddelijkheid toetsen in de vuurproef van ervaring. (Benjamin Creme’s Meester, uit ‘Het einde van honger’)
De keuze is aan de mens alleen. Als hij het Pad kiest dat Ik zal wijzen, zal die goddelijkheid waarlijk uitstralen. Maar anders, Mijn broeders en zusters, zal de toekomst voor de mens zeer noodlottig zijn.
Maar, Mijn vrienden, Ik ken op voorhand jullie antwoord en keuze. Door jullie liefde, de liefde in je hart voor jullie broeders, zullen jullie, wees daarvoor niet bevreesd Mijn dierbaren, de juiste keuze maken. Deze liefde zal uitstralen over de hele wereld, hierop kunnen jullie rekenen. Mijn Aanwezigheid waarborgt dat dit zo zal zijn. (Maitreya, uit Boodschap nr. 78)
Maitreya verschijnt nu (eigenlijk eerder dan voorzien) als de Bemiddelaar van Goddelijke Interventie, om de gevolgen te verzachten van de aardbevingen die gedurende de afgelopen 150 jaar in aantal en kracht zijn toegenomen. Als Hij onuitgenodigd voor de wereld zou verschijnen, zou Hij enigszins de menselijke vrije wil aantasten. Dit zal Hij niet graag doen (alleen als Hem niets anders rest) omdat het enigermate Zijn vermogen zou beperken op te treden als de Bemiddelaar van Goddelijke Interventie. Het gevolg zou groter menselijk lijden door aardbevingen zijn. De energie die Hij voor ons mag gebruiken, hangt samen met het aanroepende beroep dat we op Hem doen. Hoe meer energie de mensheid aanwendt om Hem aan te roepen, hoe meer energie Hij ten gunste van ons mag gebruiken. (Benjamin Creme, Maitreya’s Missie, dl. I)
Sommige mensen denken dat we in ons streven naar groepsbewustzijn onze individualiteit moeten prijsgeven. Dat is het ergste wat we kunnen doen: onze uniciteit prijsgeven, ons individuele patroon, onze kleur. Die is aan ons geschonken, we noemen het vrije wil. Het misbruiken van onze vrije wil veroorzaakt alle oorlogen, het leed, het verschrikkelijke leven dat miljoenen mensen leiden. Het juiste gebruik van de vrije wil leidt tot een duidelijk onderscheiden, individuele, unieke mens, en dat is noodzakelijk voor het evolutieproces. (Benjamin Creme, Maitreya’s Missie, dl. III)
Het moet uw eigen intuïtieve reactie zijn op wat er gezegd wordt. U moet de Christus zien en herkennen voor wat Hij is. Niet omdat iemand als president Carter of de paus of wie dan ook zegt dat Hij in de wereld is, maar omdat u in uzelf de hoedanigheden heeft die de wereld volgens die man nodig heeft. Hij zal zeggen dat we moeten samendelen, moeten samenwerken, dat de mensheid vrij moet zijn, dat we gerechtigheid in de wereld nodig hebben, de miljoenen mensen die honger lijden moeten redden; dat onze broeders bij miljoenen omkomen en dat wij er niets aan doen. Dat is wat de Christus zal zeggen. En u moet zeggen: dát is mijn man – of u nu herkent dat Hij de Christus is of niet. Omdat het Christus-bewustzijn door u heen werkt. U moet willen wat Hij bepleit. Op die manier moet het gaan. Het moet de eigen reactie van de mensheid zijn, vanuit de vrije wil van de mens. (Benjamin Creme, De Wederverschijning van de Christus en de Meesters van Wijsheid)
Wanneer jullie Mij zien, Mijn vrienden, weet dan dat je de hand van jullie Vriend slechts hoeft te pakken; dat je de Liefde van jullie Broeder slechts hoeft op te nemen; dat je de lering van Hem slechts hoeft te horen. Weet dit, Mijn vrienden, en aanvaard de verantwoordelijkheid om je broeders deze waarheden aan te reiken.
Het is Mijn plan dat mens zelf de wereld verandert. De Wet staat niets anders toe. Daarom, Mijn vrienden, reken Ik op jullie om Mijn Plan uit te voeren en zo de Nieuwe Wereld te bouwen. (Maitreya, uit Boodschap nr. 85)