door Patricia Pitchon
“…de dood [is] slechts een tussenpoze in een leven van gestadig verwerven van ervaring [en betekent] een besliste overgang van één bewustzijnstoestand in een andere.”
“…de dood [kan] het best worden beschouwd als de ervaring die ons bevrijdt van de illusie van de vorm …” (Alice A.Bailey, Van Bethlehem tot Golgotha, zoals geciteerd in De dood: het grote avontuur)
Decennia van onderzoek naar bijna-doodervaringen hebben veel persoonlijke verslagen opgeleverd van mensen die klinisch dood waren verklaard, maar schijnbaar toch naar een andere dimensie afreisden, waar ze troost ontvingen uit contact met overleden geliefden en wijsheid van wezens die hun de zuiverste liefde boden. Belangrijk is dat velen die dankzij de verbeterde reanimatietechnieken van de moderne medische wetenschap overleefden, na een dergelijke ervaring verklaren niet meer bang te zijn voor de dood. De ervaringen van deze mensen lijken meer overeen te komen met de zienswijzen van grote geestelijk meesters dan met het huidige materialistische wereldbeeld dat veel moderne wetenschappers aanhangen. In de woorden van Alice A. Bailey, die nauw samenwerkte met de Tibetaanse Meester Djwhal Khul: “De dood is in wezen een kwestie van bewustzijn. Het ene moment hebben we bewustzijn op het fysieke gebied en een moment later hebben we ons teruggetrokken op een ander gebied en zijn daar actief bewust.” (De dood: het grote avontuur)
Wanneer iemand een hartstilstand of ernstig letsel oploopt en de hartslag verdwijnt en het brein lijkt stilgelegd of niet meer actief, wordt hij normaliter klinisch dood verklaard. Veel recent onderzoek wijst echter op bewustzijn dat overleeft buiten het fysieke lichaam, zoals hier aan de hand van een selectie uit vele voorbeelden wordt geïllustreerd.
Een man met zware hartproblemen was de dood nabij en zijn zus lag, in een ander deel van het ziekenhuis, in een diabetisch coma. De man verliet zijn lichaam, zag hoe het medisch personeel probeerde hem te reanimeren en bevond zich plotseling bij zijn zus aan wie hij vertelde wat er gebeurde. Zij bewoog zich toen van hem vandaan en hij zag haar vervolgens in een tunnel verdwijnen. Toen hij bijkwam vertelde hij de arts dat zijn zus was gestorven, en hoewel de arts het eerst ontkende, bevestigde een verpleegkundige later haar overlijden. (Raymond Moody, De tunnel en het licht)
Velen verklaren dat zij door een tunnel gingen en daarna in een prachtig, stralend licht kwamen. Daar ontmoeten zij vaak overleden familieleden, zien prachtige weiden, bloemen van onbeschrijfelijk heldere kleuren en worden omringd door buitengewone, onvoorwaardelijke liefde. Op dit punt verschijnt er vaak een ‘Wezen van Licht’ dat op telepathische wijze met ze communiceert. Velen verklaren dat ze alle grote gebeurtenissen uit hun leven voorbij zagen komen. Ze zien hoe ze mensen hebben gekwetst en ze kunnen de emoties voelen die hun onjuiste handelingen hebben veroorzaakt. Ze zijn in staat zichzelf nauwkeurig te beoordelen omdat zij niet alleen als in een film ‘zien’, maar ook voelen wat zij hebben gedaan, en dit ligt aan de basis van hun gevoel van berouw.
Een ‘Wezen van licht’ (sommigen noemen het God of Jezus of beschrijven een Wezen van onvoorwaardelijke liefde als ze in geen enkele godsdienst geloven) begeleidt en omhult de persoon met alomvattende liefde en licht. In sommige beschrijvingen lijken deze liefde en licht onderling uitwisselbaar te zijn.
Vaak wordt de persoon in kwestie zich op een bepaald punt bewust van een grens en weet dat er voorbij dit punt geen weg terug meer is. Voorbij deze grens beschrijven sommige mensen een wonderbaarlijke stad van licht: ‘Ik kon een stad zien… Er waren gebouwen… Ze waren glanzend, stralend. De mensen daar waren gelukkig. Er was sprankelend water, fonteinen… Ik denk dat het beschreven kan worden als een stad van licht… Het was prachtig… Maar als ik die stad was binnengegaan, dan denk ik dat ik nooit meer teruggekeerd was.” (Raymond Moody, Gedachten over leven na dit leven) Hoewel mensen vaak niet willen terugkeren, worden ze er soms toe aangemoedigd met woorden als “Je kinderen hebben je nodig” of “Er zijn nog dingen die je moet doen”….
Verslag van een neurochirurg
Wanneer zijn overlevende patiënten hem interessante ervaringen probeerden te vertellen vonden ze bij de Amerikaanse neurochirurg dr. Eben Alexander, geen gewillig oor. Hij omschrijft zichzelf als iemand die ‘kinetisch leert’, dus niet geïnteresseerd in dingen die hij niet kan voelen of aanraken. Hij koesterde de ‘zuivere aard’ van de wetenschap: zoals hij het beschrijft krijgt een patiënt die lijdt aan hoofdpijn en een verminderd bewustzijn een MRI-scan, die wijst op een hersentumor. De patiënt wordt dan geopereerd, de hersentumor wordt verwijderd en de symptomen verdwijnen. Dr. Alexander wist echter ook dat wanneer hij door een microscoop naar neuronen keek, de wetenschap nog niet had ontdekt hoe het bewustzijn aan het brein ontspringt. Maar hij was ervan overtuigd dat de wetenschap op een dag het antwoord zou vinden. Hij onderschreef volledig de materialistische opvatting dat het denken simpelweg een hogere functie van het brein is. Maar nadat hij een week lang in een coma belandde door een zeldzame vorm van bacteriële hersenvliesontsteking onderging hij een buitengewone ervaring. Hij werd benaderd door een ‘wezen’ in de vorm van een prachtig jong meisje, dat hem (zonder woorden) vertelde dat hij geliefd en gekoesterd werd. Hij realiseerde zich dat liefde ‘de basis van alles’ is, dat het niet een moeilijk, abstract concept was, maar iets krachtigs, puurs, onvoorwaardelijks, niet jaloers of zelfzuchtig. Hij stuitte ook op een goddelijk wezen dat op de een of andere wijze “zo dichtbij was dat er helemaal geen ruimte scheen te bestaan tussen God en mijzelf.” (Eben Alexander, Na dit leven)
Dr. Alexanders vele vragen werden door dit Wezen beantwoord dat, ondanks zijn onmetelijkheid, “hartelijk” en “persoonlijk” was. “Ik zag de overvloed van het leven door de talloze universums, sommige daarvan bezaten een intelligentie die veel verder ontwikkeld was dan dat van de mensheid.” Hij zag “talloze hogere dimensies” die alleen gekend konden worden door ze direct te ervaren en binnen te treden. (Na dit leven) Hij bevestigt dat kennis in deze staat van zijn werd verkregen door direct inzicht dat, zonder dat het onthouden hoefde te worden, direct opgeslagen en scherp herinnerd werd.
Hoe het leven erna verandert
Veel overlevenden van BDE’s verliezen niet alleen de angst voor de dood, maar ervaren ook een ‘levensoverzicht’ dat lijkt aan te zetten tot een voornemen om ‘het beter te doen’, in het bijzonder door meer naar anderen om te kijken: Victor, uit Rusland, had geen religieuze achtergrond, leed aan depressie en maakte zich zorgen over het afronden van zijn studie. Zijn leven leek geen betekenis te hebben. Totdat hij tijdens een BDE door een buitengewoon licht werd omhuld dat vol liefde en vrede was en waarin hij zich volledig veilig voelde. “Een onzichtbare kracht had nieuwe paden geopend waarlangs ik moest reizen, iets om naar te streven, dat mijn leven niet voor niets was” en dat hij doelen diende na te streven die “de behoeften van degenen om me heen vervullen, evenals van mezelf” en dat elke dag “gevuld zou moeten zijn met goede en betekenisvolle bezigheden”. Gulden, uit Turkije, zegt dat hij mensen na zijn BDE met meer vreugde tegemoet treedt en zelden boos wordt. “Mijn dag is vol liefde en vrede. Ik heb er plezier in om vreemden te helpen.” Suresh, uit India, zegt “God was liefde, licht en beweging”, en dat hij hart en denken moest reinigen om hem te ontvangen, door zijn excuses te maken aan allen met wie hij woorden had gehad of “allen die ik bewust of onbewust heb gekwetst”. Hij voegde daaraan toe dat de liefde die hij ervoer “niet in woorden uitgedrukt kan worden”. (J. Steve Miller, Bijna-doodervaringen, die fascinerend intercultureel onderzoek van dr. Jeffrey Long citeert; en www.nderf.org)
Benjamin Creme’s Meester schrijft:
“In de komende cyclus van Waterman zal er een geheel nieuwe benadering komen van de Wet van Wedergeboorte… De mensen zullen weten dat zij zelf, door hun denken en handelen, de omstandigheden van hun leven scheppen; maar ook dat zij door de werking van deze zelfde wetten hun aard en omstandigheden kunnen omvormen en ten goede veranderen. Dit zal leiden tot een herwaardering van de zin en het doel van het leven en tot een gezondere benadering van het feit van de dood. Een begrip van de continuïteit van alle leven, belichaamd of niet, zal de huidige angst vervangen; de oude afkeer van de dood als het einde van alles zal verdwijnen in het nieuwe licht dat het denken van de mensen zal verlichten. Dit nieuwe licht zal schijnen tot in de donkerste hoeken van bijgeloof en onwetendheid, en de mensen bewust maken van hun goddelijkheid als onsterfelijke zielen. (Een Meester spreekt, ‘De Wet van Wedergeboorte’, januari 1985)
Bronnen:
De dood: het grote avontuur. Compilatie door twee studenten uit de boeken van Alice Bailey en de Tibetaanse Meester Djwhal Khul. Synthese, 1991
Eben Alexander, Na dit leven: een neurochirurg over zijn reis naar het hiernamaals. A.W. Bruna, 2013
Jeffrey Long, MD en Paul Perry, Bijna-doodervaringen. Wetenschappelijke analyse van ervaringsverhalen. Arbeiderspers, 2010; en Jeffrey Long, www.nderfg.org
Raymond Moody, Gedachten over leven na dit leven. Strengholt, 1978
Raymond Moody, De tunnel en het licht. Bruna, 2002
J.Steve Miller, Near-Death Experiences. Wisdom Creek Press, 2012