Wettelijke zorgplicht – bescherm de planeet

Interview met Polly Higgins door Katy Olivia van Tergouw

De misdaad tegen de ecologie, ecocide, is een natuurlijke evolutie van de wetgeving: de Wet op Ecocide is niet radicaal in haar opdracht. Integendeel, ze is onderdeel van een evolutie van de wetgeving ten aanzien van de vervuiling en het beginsel van een hogere verantwoordelijkheid. In de ogen van de wet gaat het bij het misdrijf ecocide niet over het sluiten van de deur naar het kwaad. Het gaat in wezen om het beschermen van een hogere waarde: de heiligheid van het leven, alle leven.” –Polly Higgins.

Tijdens haar jaren als advocaat bij de gerechtshoven in Londen, waar zij zowel particulieren als bedrijven vertegenwoordigde in zaken van discriminatie en ondernemingsrecht, raakte Polly Higgins ervan overtuigd dat de Aarde een goede advocaat nodig had. De planeet werd ook onrechtvaardig behandeld en het gereedschap van haar vakgebied was niet toereikend. Heel simpel gezegd: wetten om de belangen van de Aarde te beschermen bestaan niet.
In 2010 stelde Polly Higgins de VN voor om Ecocide tot het vijfde misdrijf tegen vrede te verklaren. Op het ogenblik kent het Statuut van Rome vier misdrijven tegen vrede (genocide, misdrijven tegen de menselijkheid, oorlogsmisdrijven en het misdrijf agressie). Haar boek, Een einde aan ecocide: Wetten en bestuur om de vernietiging van onze planeet te voorkomen won de People’s Book Prize voor non-fictie in 2011. Haar tweede boek is De Aarde is onze zaak – verander de spelregels.
Katy Olivia van Tergouw interviewde Polly Higgins voor Share International in Amsterdam. (Zie ook het interview met Polly Higgins in SI juli/augustus 2010.)

Share International: Zijn er mensen die verrast of afgeschrikt worden door uw aanpak van het beschermen van onze planeet? Is dit iets wat u herkent?
Polly Higgins: Er bestaat een hele wereld die het niet vreemd vindt. Het boeddhisme begrijpt het. De inheemse volken begrijpen het. Toen ik voor het eerst begon te spreken over de rechten van de Aarde en het recht van de Aarde op leven, waren er veel advocaten die mijn aanpak in twijfel trokken en zeiden: “Waar heb je het over? Het recht op leven gaat niet over de Aarde.” En dan zei ik: “De Aarde is een levend wezen, dan heeft de Aarde toch zeker het recht op leven?”
Op een gegeven moment dacht ik dat er anderen moesten zijn die net zo denken zoals ik. Ik keek rond en ontdekte dat er 370 miljoen boeddhisten zijn die dit echt inzien en dat er 380 miljoen inheemse mensen zijn die denken dat dit volkomen normaal is. Dat is de grootte van Europa; 750 miljoen mensen denken zoals ik.
In Londen werd ik omringd door conventionele advocaten. Toen begon ik te ontdekken dat er juristen waren die dachten zoals ik. Dus je begint dat terrein dieper in te gaan en je komt uiteindelijk terecht in een gebied van spirituele betrokkenheid. Je begint te beseffen dat dit een spirituele reis is. Of je het God of Boeddha, of engelen of ons hoogste wezen noemt, we verbinden ons met deze energieën en we kunnen kiezen om al of niet verbinding met de ware basisenergie te maken.

SI: Heeft u altijd op deze manier gedacht of kwam dit op een bepaalde leeftijd?
PH: Ik heb een zeer katholieke opvoeding gehad. Mijn ondervinding was dat het katholicisme een godsdienst is van veel ‘gebod en dwang’, geleid door mannen en voor mannen. Ook mijn katholieke school werd geleid op basis van angst, geweld en controle. Dus verwierp ik godsdienst en alles wat ermee te maken had.
Tot iets minder dan vijf jaar geleden had ik nooit echt gemediteerd. Toen ik rondkeek om te onderzoeken wie net zo dacht als ik, vond ik het Schumacher College in Devon. Ik was er voor een cursus van een week over rechtspraak met betrekking tot de Aarde. Daar kwam ik bij een meditatie geleid door [schrijver en milieuactivist] Satish Kumar. Het veranderde mijn leven van de ene op de andere dag. Zonder meditatie zou ik niet kunnen doen wat ik nu doe.

SI: Kunt u meer vertellen over het idee van ecocide en hoe u erop kwam?
PH: Ik sprak tijdens de onderhandelingen over het klimaat in Kopenhagen in 2009. Ik had het over de rechten van de Aarde en het recht van de Aarde op leven. Iemand in het publiek zei dat we een nieuwe taal nodig hebben om om te gaan met deze massale schade en vernietiging. We hebben een nieuwe taal nodig om een nieuwe wereld te creëren. Ik bedacht me dat deze massale schade en vernietiging als genocide is, maar dan op het ecosysteem. Ecocide – het zou beslist een misdrijf moeten zijn! En ik wist toen eigenlijk niet dat dat woord bestond. Ik haastte me terug naar Londen om de eerste beginselen te onderwerpen aan strenge intellectuele controle. Welke bestaande internationale misdrijven hebben we? Hoe zou deze wet zich verhouden tot de rest? Kunnen we haar toevoegen aan bestaande wetgeving? Ik herinner me dat ik in mijn slaapkamer ijsbeerde en overwoog: Moeten we van ecocide wel een misdrijf maken? Het hoeft toch niet?
We hebben geconstateerd dat deze ecocide moet stoppen. Door er een naam en een omschrijving in wettelijke termen aan te geven kunnen we het recht gebruiken; het recht is een instrument en kan een kracht tegen vernietiging zijn.
Onze wetten hebben een massa problemen veroorzaakt, ongewild bedoel ik. We maken wetten die niet naar de consequenties kijken en ons een soort opzettelijke blindheid toestaan. Zelfs als we er tot een bepaald niveau van weten, willen we het niet weten. Deze opzettelijke blindheid wordt op zijn plaats gehouden door bestaande wetten. Bijvoorbeeld, het is de wet dat een CEO en haar of zijn directeuren het belang van hun aandeelhouders voorop stellen. Dit betekent dat zij winst voorop stellen. En wanneer je dat doet zonder aan de consequenties te denken, zijn onze mondiale economieën die geld slaan uit massale schade en vernietiging, het resultaat. Dan is het resultaat commerciële teerwinning, het met geweld onttrekken van grondstoffen aan de bodem, genetisch gemanipuleerde voedingstoffen, kernenergie, het opslaan van enorme hoeveelheden voedsel waarvan we niet weten wat we ermee moeten doen, het afvalprobleem, het boren naar olie op de polen, enzovoort. Het veroorzaakt allemaal enorme schade aan mensen en onze planeet en aan allen die er leven. Het is een systeem dat niet werkt. We weten dat het niet werkt. We hoeven alleen maar naar de dieren te kijken. Het aantal soorten dat uitsterft stijgt schrikbarend.

SI: Als ecocide vanaf nu als een feit geaccepteerd zou worden, zou de vernietiging van het milieu dan onmiddellijk stoppen?
PH: Wat ik voorstel is een overgangsperiode van vijf jaar, omdat voor iedere wet een overgangsperiode nodig is. Dit is in juridisch opzicht eigenlijk behoorlijk ruim. In die vijfjarige overgangsperiode moeten bedrijven die massavernietiging veroorzaken hun praktijken veranderen.
Wat er wezenlijk gebeurt, is bijvoorbeeld dat vuile energiebedrijven schone energiebedrijven worden. Hun subsidies worden – uitgesmeerd over vijf jaren – ingetrokken. En tegelijkertijd krijgen ze subsidies voor vernieuwing en richting. Dat is heel belangrijk. Op deze manier maak je van het probleem de oplossing. En dit is een echte erkenning van het feit dat er eigenlijk binnen veel van deze bedrijven veel echt goede mensen werken, maar die nu in een systeem vastzitten dat niet werkt. Het is dus door de internationale wetgeving een raamwerk te geven voor een nieuw in te stellen systeem en een zeer snelle overgang daarnaar toe.

Polly Higgins: Earth is our Business — changing the rules of the game. Shepheard-Walwyn (Publishers) Ltd. Londen, 2012.

(Voor meer informatie: www.end ecocide.eu voor het European Citizens Initiative om ecocide in de EU tot een misdrijf te verklaren en www.eradicatingecocide .com voor de Wish20 Global Citizens Initiative ter ondersteuning van het verklaren van ecocide tot een internationaal misdrijf.)

You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 Both comments and pings are currently closed.