Overwinnen van angst – een compilatie
Overwinnen van angst
een compilatie
Hier volgt een selectie citaten met betrekking tot het thema ‘Overwinnen van angst’. De citaten zijn afkomstig van Maitreya (Boodschappen van Maitreya de Christus en Maitreya’s Leringen — De Wetten van het Leven), Benjamin Creme’s Meester (Een Meester spreekt en Share International) en Benjamin Creme’s boeken.
Niemand hoeft te vrezen voor de toekomst wanneer Mijn Schild hem zal beschermen. Niemand hoeft gebrek te vrezen wanneer Mijn Beginsel geldt. Niemand hoeft zich afgescheiden te voelen van God wanneer Mijn Weg wenkt. Houd je gereed voor Mijn woorden. Schaar je aan Mijn zijde. Breng de God in je tot uitdrukking en hervorm de wereld. (Maitreya, Boodschap nr.93)
Laat je verbeelding een wereld oproepen vrij van angst en misdaad, van wedijver en hebzucht. Open je denken voor het idee van universele rechtvaardigheid en vrede, van geopenbaarde vreugde. Doe dit en vang een glimp op van een wereld waarin het vertrouwen van het onbedorven kind weer opbloeit in de mens, die vrij is van angst. In die wereld wordt alles mogelijk. De mens staat nu op de drempel van haar ontdekking. (Benjamin Creme’s Meester, ‘De noodzaak van vertrouwen’)
We moeten de angst, die zich uitdrukt in wedijver, uit het bewustzijn van de mensheid verwijderen. Hoe doen we dat? We moeten een manier vinden. We kunnen het aan Maitreya vragen en Hij zal zeggen: “Vertrouw op Mij, vertrouw op het leven, vertrouw op jezelf, vertrouw op de God binnenin je en deel de hulpbronnen van de wereld.” Zo gauw wij het beginsel van samendelen aanvaarden en zo rechtvaardigheid in de wereld tot stand brengen, zullen we een einde maken aan wedijver. De gesel van wedijver is gebaseerd op twee dingen: hebzucht en angst. Hebzucht is het gevolg van angst. Angst is de primaire, fundamentele uitdrukking van dat wat tegen het leven ingaat. Wanneer je angst wegneemt, maak je de energie van het leven vrij. (Benjamin Creme, De Kunst van Samenwerking)
Het is Mijn doel de mens te tonen dat hij geen angst meer behoeft te hebben, dat alle Licht en Waarheid in zijn hart rust, dat wanneer dit simpele feit bekend is, de mens God zal worden. Gods aard is lief te hebben. Gods doel is te dienen. God wordt gekend door Samendelen en Rechtvaardigheid. Verspreid deze eenvoudige Waarheden, Mijn vrienden, en verricht een machtige daad. (Maitreya, Boodschap nr.98)
Op geen enkele manier kunnen we in het leven iets ervaren zonder het te zien als deel van onszelf. Dit is de waarheid achter onze ervaring van angst. We identificeren ons met de pijn van het lichaam, dus zijn we pijn. We identificeren ons met de angsten van het denken, dus zijn we angst. We kunnen ons niet met iets identificeren en tegelijk gescheiden zijn van datgene waarmee we ons identificeren. Is het mogelijk om voorbij dit soort identificatie te gaan, om ons niet te identificeren met het lichaam, niet met de angstreacties, de emoties? Is het mogelijk om ons niet te identificeren met deze constructies van het denken? Want wanneer we dat kunnen, zullen we een ervaring van onszelf hebben die onszelf te boven gaat: de enige staat waarin we vrij zijn, de enige staat waarin we werkelijk Zijn. (Benjamin Creme, Maitreya’s Missie, dl.II)
Mijn Komst is niet zonder problemen, want in allen die Ik ontmoet wek Ik een gevoel op van een nieuwe en mysterieuze toekomst. Dit maakt velen bang, maar zonder reden, Mijn vrienden. Allen moeten weten dat de toekomst van een ieder zeer zonnig is door Mijn Aanwezigheid. Een nieuwe en heilzame Broederschap zal bloeien onder de mensen, en Gods Rechtvaardigheid zal men getooid zien met Gods Heerlijkheid. (Maitreya, Boodschap nr.79)
Stel je eens een wereld zonder liefde voor: zoiets afschuwelijks schokt de verbeelding. Waarom zou dat zijn? De mens erkent gevoelsmatig dat hij behoefte heeft om liefde te ontvangen, en weldra begrijpt hij de noodzaak om liefde te geven. Hij zal inzien dat liefde hem met ieder ander verbindt in een eindeloze keten. Eerst wat aarzelend misschien, zal hij beginnen te vertrouwen. Stap voor stap zal hij zijn angst overwinnen. Dan zal hij die gezegende staat bereiken waarin voor angst geen plaats is, waar liefde in alle rust op haar troon zit en allen die naderbij komen haar zegen schenkt. (Benjamin Creme’s Meester, ‘Liefhebben, een noodzaak’)
Ieder van ons heeft in zijn of haar reactie op het leven een reeks beperkingen ingebouwd, die samen angst vormen. Angst is zo diep geworteld geraakt in het onderbewustzijn, dat we onszelf niet kunnen veranderen, zelfs niet wanneer we er bewust naar kijken. We kunnen rationaliseren, zien dat het er is, we kunnen het mechanisme ervan analyseren, maar toch, als we eerlijk zijn, zien we dat de angst blijft… We leren dat we onszelf in een voortdurende concurrentiestrijd moeten vergelijken met iedereen, met alles, in iedere situatie die we tegenkomen. We wonen niet naast een vriend die Jan heet, maar we zijn een betere of een slechtere jongen dan Jan. We zijn geen andere jongen dan Jan, met andere behoeften, verwachtingen, talenten, kwaliteiten, maar we zijn altijd béter dan Jan, of juist niet zo goed als Jan. We worden steeds in situaties van wedijver geplaatst. In mijn ogen is deze wedijver de oorsprong van onze angst. (Benjamin Creme, Maitreya’s Missie, dl.II)
Laten we zien wat Zijn prioriteiten zijn: het vestigen van vrede; de invoering van het systeem van samendelen; het wegnemen van schuld en angst – het zuiveren van de harten en het denken van de mensen; het onderrichten van de mens in de wetten van leven en liefde; een introductie van de Mysteriën; de verfraaiing van onze steden; het verwijderen van hindernissen voor het reizen en voor de onderlinge uitwisseling tussen de volkeren; het scheppen van een reservoir van kennis dat voor iedereen toegankelijk is. Dat een dergelijke taak niet eenvoudig is, zelfs niet voor de Mensenzoon, is duidelijk. Aloude gewoonten van verdeeldheid en afgescheidenheid zijn diepgeworteld, terwijl angst en bijgeloof miljoenen mensen in de ban houden. Maar nooit eerder in de geschiedenis van de wereld is er een Leraar gekomen die beter was toegerust voor Zijn taak. Maitreya is gekomen om te strijden tegen onwetendheid en angst, verdeeldheid en gebrek. Zijn wapens zijn geestelijk inzicht, kennis en liefde; Zijn blinkende wapenrusting is de Waarheid Zelf. (Benjamin Creme’s Meester, ‘De Mensenzoon’)
Gedurende de tijd dat Ik bij jullie ben, zal Ik jullie wonderen tonen, die je stoutste dromen zullen overtreffen. Ik zal jullie op een nieuwe wijze de aard van God tonen. Ik zal uit jullie hart de angst verwijderen voor de dood, de angst voor het leven zelf, de angst voor je broeder en voor jezelf. Ik zal jullie helpen die onwetendheid achter je te laten, en met Mij te wandelen in het nieuwe Licht. (Maitreya, Boodschap nr.123)
Onze angst voor de dood is onze angst dat onze identiteit vernietigd zal worden. Dat jaagt ons schrik aan. Konden we onze identiteit maar ervaren als een onsterfelijk Wezen dat niet kan sterven of worden vernietigd, dan zou onze angst voor de dood verdwijnen. Zouden we ons ook nog bewust zijn dat we na de zogenaamde dood een nieuw en helderder licht binnentreden waarin het gevoel van onze identiteit alleszins levendiger is, dat er nog hogere, tot dan toe onvermoede aspecten van ons Wezen wachten op onze herkenning, dan zou onze houding tegenover de dood ten goede veranderen. (Benjamin Creme, Maitreya’s Missie, dl.I)
Alleen leven bestaat. Dood is slechts de naam voor een ander niveau van ervaring van het leven, doorlopend en ononderbroken behalve in het beperkte bewustzijn van de mens. De tijd komt waarin de ervaring die we de dood noemen, de tussenliggende periode en de terugkeer in uiterlijke openbaring volledig bewust door de mens zullen worden herinnerd. Dan zal de mens de angst voor de dood verliezen en de oogst van kennis en gelukzaligheid binnenhalen vanaf de innerlijke niveaus, in vol bewustzijn van zijn ware identiteit als een Zoon van God. (Benjamin Creme’s Meester, ‘Continuïteit van bewustzijn’)
Velen zien Mijn Komst met angst en beven tegemoet, bang voor het verlies van alles waar zij van hielden, alles wat zij vergaard en verworven hebben. Wees niet bang, Mijn vrienden, want het enige verlies zal een verlies zijn van afgescheidenheid, van verdeeldheid en angst, van afgunst en haat. Om deze uit de wereld te helpen, moet alles nieuw worden gemaakt. Weet dit, Mijn vrienden, en wees bereid om te delen, om je broeder te zien als jezelf, om hem in je armen te nemen en hem vriend te noemen. (Maitreya, Boodschap nr.125)
Denken is een mechanisme waarmee we vormgeven aan de ideeën gecreëerd door het denkvermogen. Maar wij zijn niet het denkvermogen; dat is slechts een voertuig. Maar een voertuig voor wat? Dat moet je ontdekken, en dat kun je alleen door het te ervaren. Het is niet iets waarover je kunt praten, maar je kunt het wel ervaren. En wanneer dat gebeurt, wanneer je jezelf toestaat om níet te zijn, wanneer je bereid bent om te sterven, om afstand te doen van die spanning waarvan je denkt dat jij het bent (wat slechts het verlangen is naar dit gerief, die vervulling, deze ervaring, dat genot; en het vermijden van deze pijn, die angst enzovoort – want dat is alles wat we doen), zodra je die spanning laat varen en gewoon stil en rustig kunt zijn, en helemaal niets wilt, dan word je plotseling vervuld van liefde, van de aard van je eigen Wezen. Dit Wezen verlicht je en dan zie je dat dát alles is wat bestaat. Er is niets anders. Je bestaat niet los daarvan. Het is liefde; noem het wat je wilt, liefde, vreugde, gelukzaligheid, het is de aard van de werkelijkheid, en dat zijn wij allemaal, eeuwig, elk moment, zolang we erin verblijven, maar dan moeten we er wel in verblijven.
Hoe verblijf je in die toestand? Door te sterven ten opzichte van dat wat het niet is. Wees bereid om al het andere op te geven, alles wat je denkt te willen, te verlangen, te hopen, na te streven laat het allemaal los. En wanneer je dat doet, gebeurt er iets buitengewoons. Dan zie je dat je alles bent, alles wat er is. Als je om je heen kijkt, zie je mensen, lucht, bomen, struiken, huizen, maar jij, als afzonderlijke vorm, bent verdwenen. Dat is wat je bent. IK BEN DAT. Het prachtige, trage gedeelte uit Beethovens Negende symfonie gaat over Dat. Hij zegt het zelfs letterlijk: IK BEN DAT, IK BEN DAT. Dat stuk gaat over de aard van liefde, van de kosmos, van Beethoven, van het hele bestaan.
Je moet in staat zijn te sterven ten opzichte van al hetgeen je niet bent. Geef het op. Laat het gaan. Vraag absoluut niets van het leven, geen vervulling, geen verlangens, geen plezier, geen ontlopen van pijn, van angst. Wanneer je dat doet, verheft het denken zich en zie je dat jij Dat alles bent en dat Dat alles is wat er is. Je bent niet afgescheiden. Afgescheidenheid is een illusie, en zolang je jezelf ziet als afgescheiden van Dat, zul je angst kennen. Er is niets anders dan Dat, wat álles is, wat in een zandkorrel is, wat groots is, enorm, zonder einde; het heeft vorm en geen vorm, en vanaf dat niveau bezien is alles wat hier plaatsvindt een droom, een toneelstuk, God die speelt, creëert. Wij denken dat het echt is, maar het is niet echt, in de verste verte niet. Wij maken er werkelijkheid van en daarom lijden we. Ons lijden is het resultaat van onze verlangens. (Benjamin Creme, Maitreya’s Missie, deel II)
You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 Both comments and pings are currently closed.