Democratisering van de media
Democratisering van de media
Berichtgeving zonder de belangen van de ‘1 procent’
door Thiago Staibano Alves
In het huidige klimaat van beschuldigingen over en weer, nepnieuws en feitencontrole, worden de media meer dan ooit kritisch bekeken. Wil de democratie functioneren dan is feitelijke informatie en de ongehinderde, onbevooroordeelde toegang tot informatie van wezenlijk belang. Democratie, rechtspraak, openbaar bestuur, kortom alle pilaren van een beschaafde samenleving steunen op waarheid. In een ideale wereld moeten de media vrij zijn van vooroordeel, manipulatie en commerciële belangen. Wil de democratie functioneren, dan moeten burgers vrij zijn om beslissingen te nemen en hun gezichtspunten over de gebeurtenissen en denkbeelden van hun tijd kritisch en volwassen te formuleren. Slechts enkelen zullen betwisten dat zij die in een democratie informatie overdragen – de media – vrij moeten zijn. Maar momenteel lijken velen het denkbeeld van een vrije pers te verwarren met een vrije-markt pers. De concurrentie van de vrije markt in de mediasector heeft geleid tot internationale monopolies – een opeenhoping van licenties voor de meeste televisie- en radiozenders, tijdschriften en andere periodieken in de handen van de machtigste en rijkste groepen. In Brazilië was in 2013 70 procent van de media geconcentreerd in handen van slechts zes families, die vaak gelieerd zijn aan regionale politieke elites, machtige economische en enorme religieuze conglomeraten, van wie de belangen volkomen ingaan tegen de noden en belangen van de gewone man. In een andere opkomende economie, Mexico, bezit de Televisa-groep 70 procent van de markt voor tv-reclames. In de rijke landen tieren mediamonopolies welig. In 2013 was 60 procent van de gedrukte Australische media in handen van Rupert Murdoch, wiens uitgebreide mediaconcentratie in de VS ook de machtige Amerikaanse tv-zender Fox News en de krant de Wall Street Journal omvatte. In 2012 waren 10 van ’s werelds 13 machtigste mediaconglomeraten in de VS gevestigd. Historisch gezien was de houding van de meeste landen over de concentratie van zoveel macht in de handen van enkele mediaconglomeraten er een van stilzwijgende medewerking en zelfgenoegzaamheid. Gedomineerd door de belangen van de markt stonden veel landen toe dat de productie en toegang tot informatie gekoppeld werden aan de belangen van de machtigste 1 procent van de bevolking. Deze relatie tussen media en economische macht doet de vraag rijzen: zijn de media, gezien de belangen van hun sponsors, in staat tot onpartijdigheid? In veel gevallen lijkt het antwoord helaas ‘nee’ te zijn. Ook hier is Brazilië een duidelijk voorbeeld van: onderzoekers hebben partijdigheid van de media vastgesteld in hun berichtgeving over aanvallen op de plattelandsbevolking en landloze armen, van wie velen zich inzetten voor landhervorming en armoedebestrijding. Berichten over de moord op zulke activisten halen zelden of nooit de voorpagina’s van de traditionele media van het land. Braziliës belangrijkste media staan onder controle van de landeigenaren, vaak de grootste veehouders van het land. Geen wonder dat zij lijnrecht staan tegenover het nationale beleid van landhervorming en andere maatregelen ter bestrijding van armoede die door de armen op het platteland worden bepleit. Deze conflicten leidden tot nieuwe manieren om de media te organiseren met als voornaamste doel de media terug te winnen als bron van betrouwbare informatie. Gemeenschapscommunicatie ontwikkelt zich als een van de voornaamste manieren om het gebrek aan onpartijdigheid en invloed in de media te bestrijden. Ontstaan uit basisgroeperingen, ngo’s en vakbonden is het voornaamste doel om gewone mensen een actievere rol te geven in de keuze en het maken van het nieuws. Dit netwerk groeit verder en is al uitgebreid tot bredere lagen van de bevolking die gedeelde belangen hebben – onderwijs en kunst, bijvoorbeeld – en om andere vormen van media te steunen. Eén voorbeeld is Radio Comunitária para Todos os Povos [Gemeenschapsradio voor alle volken], een populair media-initiatief in het oostelijke Amazonegebied van Brazilië. Het hoofddoel is om de oprichting van radiozenders voor inheemse gemeenschappen en andere groepen van wie de rechten voortdurend worden geschonden, te beschermen en te stimuleren. Men organiseert workshops om lokale gemeenschappen te helpen hun eigen media te organiseren met gebruikmaking van nieuwe technologieën en uitzendtechnieken. De groep onderhoudt ook nauwe banden met het Wereldverbond van Gemeenschapsradiozenders. Beide bepleiten een nieuwe mediawet in het land die de meest uiteenlopende sociale sectoren toegang biedt tot zendvergunningen en waarmee amateurradiozenders gelegaliseerd worden. …. Gemeenschapsprojecten hebben de bescherming nodig van mediawetten om de decentralisatie en democratisering van radio-, televisie- en andere mediavergunningen te kunnen laten floreren. Mediamonopolies staan haaks op de basisbeginselen van een democratie, omdat ze de deelname van de economisch minder machtigen in de samenleving hinderen of onmogelijk maken. Als oplossing voor dit probleem hebben sommige landen onlangs een herziening van hun mediawetten voorgesteld, zodat meer groepen, waaronder sociale bewegingen en ideële organisaties, goed en eerlijk vertegenwoordigd worden. Een van de meest veelomvattende en interessante voorbeelden van zulke nieuwe wetgeving is de bekende Argentijnse Ley de Medios (Mediawet) die in 2009 werd aangenomen en in 2013 als volledig grondwettelijk door de Hoge Raad werd goedgekeurd. De Mediawet volgt de meeste moderne richtlijnen voor de bevordering en eerbiediging van culturele diversiteit, zoals die zijn vastgesteld door de UNESCO-conventie inzake de Bescherming en Bevordering van de Diversiteit van Culturele Expressie en de Verklaring inzake de Beginselen van Vrijheid van Expressie van de Organisatie van Amerikaanse Staten. De Mediawet stelde een aantal toezichthoudende organen voor de media in, zoals onder andere de Federale Autoriteit voor Audiovisuele Communicatiediensten, die de hoogst verantwoordelijke is voor de implementatie van de nieuwe mediawet; de Federale Raad voor Audiovisuele Communicatie, en de Adviesraad voor Audiovisuele Communicatie en Kinderen. Deze organen bestaan uit leden van de uitvoerende macht van de overheid, het Congres en de burgermaatschappij, en zijn voornamelijk verantwoordelijk voor het in de praktijk uitvoeren van de wet. Wellicht het interessantste aspect van de Mediawet is dat deze een limiet stelt aan het aantal mediakanalen dat een particuliere commerciële onderneming kan bezitten. Dit heeft betrekking op het bezit van verschillende mediakanalen in dezelfde regio (bijvoorbeeld een communicatieonderneming die een krant en een radiozender in dezelfde regio heeft). De wet stelt ook andere grenzen op nationaal en lokaal niveau. Nationaal beperkt de wet het aantal licenties voor satellietcommunicatie. Op lokaal niveau kunnen mediabedrijven slechts beschikken over één AM-licentie, één FM-licentie en één licentie voor open of abonnee-tv. Als gevolg daarvan zijn de media opengesteld en gedemocratiseerd, zodat er ook voor anderen ruimte is in de ether, de drukpersen en online. Tenslotte kan worden opgemerkt dat hoewel de conservatieve sectoren kritisch zijn, de Mediawet in Latijns-Amerika als geheel geaccepteerd wordt als een internationaal referentiepunt voor nieuwe mediawetgeving in de hele wereld. De Ley de Medios is door deskundigen en de Verenigde Naties zelf geprezen. Speciaal rapporteur voor de Vrijheid van Expressie en Meningsvorming Frank La Rue zei: “Argentinië heeft een geavanceerde wet. Het is een model voor het hele continent en voor andere regio’s in de wereld.”
You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 Both comments and pings are currently closed.