Lezers schrijven – november 2011

Warm aanbevolen
Share International en Share Nederland zijn ongeveer 25 jaar in hetzelfde pand in Amsterdam gevestigd geweest. Ongeveer een jaar geleden deelde de eigenaar (een groot bedrijf) ons mee dat we moesten vertrekken; de verbouwing zou binnen een aantal maanden beginnen. Om een lang verhaal kort te maken, sindsdien hebben we naar een nieuwe geschikte plek gezocht.
In een reeks snel op elkaar volgende gebeurtenissen werden we met hints en aanwijzingen naar een geschikte plek geleid. Alles gebeurde zo snel en soepel; binnen enkele dagen nadat we het hadden gevonden, belden we op voor een afspraak, volgde de bezichtiging van het pand en voelden we dat het de juiste plek voor ons was. Het is uitstekend en kon niet beter wat betreft bereikbaarheid met openbaar vervoer, maar er moet nog wel veel werk verzet worden om alles op te knappen en gereed te maken.
Een van de mede-groepsleden zei bij zijn eerste bezoek: “Het voelt alsof het al gezegend is.” Na ons eerste contact met de makelaar en de bezichtiging van het pand wilden we het aan een ander groepslid laten zien. Terwijl we buiten, enkele meters van het “nieuwe informatiecentrum”, stonden te wachten tot we naar binnen konden, kwam er plotseling een man van ongeveer 60 jaar op ons toe gelopen. Hij droeg een blauw-witte pet en had een blauwe tas over zijn schouder. Hij kwam heel dichtbij en mengde zich in ons gesprek. We hadden het erover dat het een aardige straat was met mooie huizen en dat het goed voelde; terwijl hij dichterbij kwam onderbrak hij ons en zei dat het inderdaad een heel fijne straat is en een heel prettige buurt. Erg plezierig. Hij zei dat hij er niet zover vandaan woonde – net om de hoek, eigenlijk. Dat was het hele gesprek, zoals wij het ons herinneren. Maar de korte uitwisseling bevestigde voor ons dat dit weleens een goede plaats voor een nieuw Informatiecentrum voor het Wederverschijningswerk zou kunnen zijn.

Was de vriendelijke man een Meester? Zo ja, kunt u zeggen wie hij was?
M.L., J.K., F.E., Nederland.
Benjamin Creme’s Meester verklaart dat de vriendelijke buurtgenoot de Meester Jezus was. Benjamin Creme bevestigt ook dat zijn Meester de groep heeft geholpen met het vinden van het nieuwe Informatiecentrum en voegde eraan toe dat de Meester Jezus ernaar uitkijkt om zo nu en dan op bezoek te komen.

Meestervakman
7 Augustus 2011 liep ik ’s avonds in een straat in het oostelijke deel van São Paulo. Ik had in een restaurant gegeten en liep naar de metro om naar huis te gaan. Vlak nadat ik het restaurant was uitgelopen, zag ik op straat een kleine jongen (misschien 10 jaar oud) die armbanden verkocht. Hij vroeg me of ik er eentje voor mijn vriendin wilde kopen. Ik bleef doorlopen en hij vroeg of ik er een voor mijn moeder wilde kopen. Ik dacht dat het misschien een goed cadeau voor mijn moeder zou zijn. Hij liet me de armbanden zien. Hij vertelde (hij leek een heel blije jongen) dat hij de armbanden zelf gemaakt had. Ik koos er eentje uit die ik mooi vond. Hij zei dat hij er vier uur over gedaan had om die armband te maken, dat hij heel goed gemaakt was en dat hij dacht dat alleen hij en drie of vier andere mensen in Brazilië die armband konden maken zoals hij gedaan had (het was inderdaad een heel goed gemaakte armband). Ik kocht hem. Hij vroeg of ik een tasje wilde om hem in te doen. Ik zei: “Nee, bedankt.” Hij zei dat hij een tasje van zijn moeder kon krijgen die ook armbanden verkocht en zij ook enkele armbanden voor mannen had, als ik die wilde zien. Ik weigerde het aanbod, maar bedankte hem niettemin en vervolgde mijn weg naar de metro.
Het was een heel vreemde ontmoeting voor mij, want daarna heb ik veel nagedacht over de situatie van de vele arme mensen in Brazilië en in de wereld; de vele kinderen die op straat leven en over dat jongetje dat zijn moeder hielp, en hoe klein onze problemen zijn vergeleken met de problemen van die mensen. Ik dacht hier echt heel veel over na en vooral over die jongen: waar hij woonde, hoe zijn leven eruitzag met zijn moeder en dat soort dingen.
Kan uw Meester zeggen of de kleine jongen een bijzonder iemand was of dat hij gewoon een normale jongen was die mij tot nadenken aanzette?
T.S.A., São Paulo (Brazilië).
Benjamin Creme’s Meester bevestigt dat de ‘jongen’ Maitreya was.

Voorname bezoekers
In de pauze bij de Wederverschijningsconferentie 2011 in Barcelona voelde ik me niet lekker en ik maakte me die dag ook zorgen. Ik begroette een paar vrienden en ging in m’n eentje achter in de conferentiezaal zitten.
In mijn buurt, drie rijen voor me, zaten vier volwassen mannen. Een van hen riep me and zei met een bekend accent: “Kom bij ons zitten.”
Ik was enigszins verbaasd maar ging bij een man zitten die misschien 60 of 63 jaar oud was, met blond haar, een korte baard en bruine kleren. De anderen zaten in de volgende rij. De man die pal voor me zat was jonger, misschien 45 jaar oud, heel lang en sterk, met lang zwart haar in een paardenstaart en een bleek, vriendelijk gezicht; de andere mannen waren van middelbare leeftijd, bijna 60; zij spraken niet maar luisterden met groot respect. De man bij mij praatte over de conferentie; naar zijn mening was die erg interessant en hij stelde met name het bijzondere werk dat de heer Creme doet erg op prijs; de andere mannen dachten daar ook zo over. Ik antwoordde dat we in een tijd leven waarin er voor de hele mensheid grote dingen gebeuren. Zij luisterden heel geïnteresseerd naar me. Er hing een bijzonder prettige sfeer.
De man naast me zei toen weer dat we spoedig in de vijfde dimensie zullen leven en ik antwoordde ernstig dat de mens natuurlijk door de Meesters geïnspireerd zal worden, maar dat wij, de mensheid, hard moeten werken en met onze eigen inspanning deze oude wereld in een nieuwe veranderen. Als gevolg daarvan zal de mens heel snel evolueren. “Dat is wat we willen horen,” zei hij.
Hij en de jongere man zeiden dat ze gauw terug zouden komen. Ik nam afscheid van hen en ging op een andere plaats zitten. Even later voelde ik me heel goed en gelukkig.
Kunt u zeggen of zij Meesters waren?
E.C., Spanje.
Benjamin Creme’s Meester bevestigt dat één van de mannen Maitreya was, één de Meester Jezus en de twee andere mannen discipelen van de Meester Jezus waren.

Wijze woorden
Donderdag 11 februari 2011 omstreeks 7 uur ’s avonds stond ik in Parijs bij een zebra te wachten tot de stroom auto’s zou stoppen, toen een oude man met een ushanka (Russische bontmuts) me aansprak en zei dat het niet goed was om in deze kou blootshoofds rond te lopen, vooral niet met kort haar zoals het mijne. Ik was het eens met de verstandige opmerking. We liepen al pratend samen op. Hij vroeg me wat ik deed. Ik zei dat ik politieke wetenschappen studeerde en het gesprek kwam toen op kritiek op (zogenaamde) democratie.
We waren het erover eens dat echte democratie niet bestaat en dat politici een veel te grote rol wordt gegeven om het maatschappelijk leven te beheren. De instrumenten die nodig zijn voor een goede democratie leverden meer discussie tussen ons op. We noemden de mogelijkheid van een regering van wijze mannen, maar konden niet besluiten wat een goede manier zou zijn om die uit te zoeken. Dit interessante gesprek duurde een kwartier. De oude man zei dat hij vroeger hoogleraar was geweest en vroeg me waar ik heen ging. Ik antwoordde dat ik op weg was naar een conferentie met de titel “Boeddha en Socrates, de weg naar geluk”. Hij suggereerde toen dat de conferentie niet de moeite waard was om bij te wonen en het beter was om te proberen de woorden van de twee wijze mannen te lezen. Hij voegde eraan toe dat het belangrijker was om in het gezelschap van wijze mensen te zijn dan van domkoppen. We gingen ieder ons weegs en ik ging desondanks naar de conferentie – hij bleek gelijk te hebben, aangezien ik er wat teleurgesteld vandaan kwam.
Deze onverwachte ontmoeting maakte indruk op me door de zinvolle en ware woorden van de oude man. Was hij een Meester of gewoon een ontwikkelde en bedachtzame man?
A.G., Venansault (Frankrijk).
Benjamin Creme’s Meester bevestigt dat de man Maitreya was.

De ‘ster’
Het was vrijdag 3 juni 2011 en ik wandelde met vrienden langs de Cotswold Way. We dronken wat in de bar van de pub waar we logeerden. Toen we om ongeveer 11 uur ’s avonds buiten kwamen, was de lucht helder en vol sterren. We zagen allemaal een heldere ster die anders was dan de andere, laag aan de hemel in zuid-zuidoostelijke richting. Hij leek wit, rood en blauw te knipperen. Was dit de ‘ster’?
P.Y., VK.
Benjamin Creme’s Meester bevestigt dat de ster inderdaad Maitreya’s ‘ster’ was.

Goed op de hoogte
Op 27 mei 2011 stonden we met een informatiestand van Share International op de Life-Joy-beurs in München. Om 16.20 uur in de middag kwamen er twee mensen naar ons toe – een man van middelbare leeftijd met donkere huidskleur, en een kleine oudere vrouw in een oranjekleurig jack met een bril, grijs haar, en wandelstokken.
Nadat ze naar een van de ufo-posters had gekeken, vroeg ze ons wat hun spirituele missie was. We legden dat uit en ook dat er een verband is met de verschijning van Maitreya.
Daarna vroeg de man of er enig bewijs was dat Maitreya er al is. We vertelden hem over de lijst van Maitreya’s verschijningen, de verschillende wonderen en de foto uit Nairobi waar veel mensen hem met eigen ogen uit het niets hebben zien verschijnen en later verdwijnen. Tijdens het gesprek vertelde hij ons dat hij hindoe was en dat Boeddha de negende incarnatie van de hindoe-godheid Vishnoe was, en Maitreya de tiende. We spraken zelfs over een foto die de ruiter op het witte paard op het Tahrir-plein in Caïro, de Kalki-avatar, toont, die voor de hele mensheid komt, ongeacht religie of afkomst. Hij was goed op de hoogte van alles en zei dat hij heel gelukkig is met de komst van de Kalki-avatar. Toen schudden we elkaar de hand en vervolgden zij hun weg.
We vonden deze mensen heel vriendelijk, geïnteresseerd en ruimdenkend; ze hadden ook buitengewoon stralende ogen.
Kunt u ons zeggen wie deze mensen waren?
A.B., Neurenberg (Duitsland).
Benjamin Creme’s Meester verklaart dat de man Maitreya was en de ‘vrouw’ de Meester Jezus.

Gids voor het leven
Toen ik op 11 september 2011 in een drogisterij wat inkopen deed, ontmoette ik een levendige dame. Zij stond op de hoek van een gangpad en hield zich met een hand aan een schap vast en ondersteunde zichzelf met een metalen stok die zij met de andere vasthield. Haar been was krom, met een verhoogde laars en dat maakte lopen erg moeilijk. Ik hielp haar vinden wat ze wilde hebben. Zij was ongeveer 1,80 meter, misschien achter in de 60 en zag er heel verzorgd uit. Geverfd haar en perfecte make-up, klaar om de wereld tegemoet te treden. Zij had prachtige grote groene ogen.
Terwijl we langzaam naar de bushalte liepen, vertelde ze dat ze voor een theatergroep werkte en schreef, en vroeg of ik belangstelling zou hebben voor zoiets. Ze zei dat ze een stuk had geschreven, getiteld “De finale”.
Op een luchtige manier vertelde ze me dat haar naam, Tannenbaum, ‘kerstboom’ betekent. Ze zei ook: “Ik probeer elke dag iemand gelukkig te maken.”
Toen praatte ze over haar ongeluk. Een vrachtauto had haar bij het achteruitrijden overreden. Er waren veel operaties nodig geweest om het been weer op te bouwen en vier jaar om weer te leren lopen. Met een aantrekkelijke glimlach zei ze: “Maar ik ben dankbaar – ik ben er nog.”
Ze straalde warmte en moed uit en plaatste de moeilijkheden van het leven in perspectief.
Kan het zijn dat deze alleraardigste dame een bijzonder iemand was?
C.C., Londen (VK).
Benjamin Creme’s Meester bevestigt dat de ‘alleraardigste dame’ de Meester Jezus was.

You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 Both comments and pings are currently closed.