interview met Laura Stachel door Jason Francis

WE CARE Solar is een non-profit organisatie gevestigd in Berkeley (Californië, VS). De groep bevordert de veilige geboorte van baby’s en vermindert de kraambedsterfte door met behulp van door “zonnekoffers” opgewekte elektriciteit gezondheidswerkers in ontwikkelingslanden te voorzien van betrouwbare verlichting, mobiele communicatie en bloedbankkoeling.
WE CARE staat voor Women’s Emergency Communication and Reliable Electricity (communicatie en betrouwbare elektriciteit bij eerste hulp voor vrouwen). Laura Stachel, arts, en haar man Hal Aronson, docent zonne-energie die het systeem ontwierp, richtten WE CARE Solar in 2008 op. Laura Stachel werd uitgeroepen tot een van CNN’s “10 Grootste Helden van 2013”. Jason Francis interviewde haar voor Share International.

Share International: Wat inspireerde u en uw man tot de oprichting van WE CARE Solar?
Laura Stachel: Er was een enorme behoefte aan een kleinschalige en betaalbare oplossing voor zonne-elektriciteit ten behoeve van gezondheidscentra, maar we waren niet geïnteresseerd in het opzetten van een bedrijf. Mijn man is leraar en ik ben arts. Daaruit kwam een project voort dat we in Nigeria opzetten met een zeer effectieve uitkomst.
Vrouwen stierven daar door elektriciteitstekort in ziekenhuizen. Het was zoiets verschrikkelijks om mee te maken dat we zonne-elektriciteit geïntroduceerd hebben in het ziekenhuis in Nigeria, waar we observaties hadden verricht. De kraambedsterfte nam in het daaropvolgende jaar in dat ziekenhuis met ongeveer 70 procent af. Toen benaderden de gezondheidscentra in de buurt van het ziekenhuis me en zeiden: “Waarom bent u alleen het grote ziekenhuis aan het helpen? Ook wij zitten in het donker.” Toen heeft mijn man een draagbare uitrusting geconstrueerd, die in mijn koffer paste. Elke keer wanneer ik naar Nigeria terugging om onderzoek te doen, zou ik er een aan een gezondheidscentrum doneren, om licht te brengen en om mobiele telefoons op te kunnen laden. In die dagen waren het eigenlijk nog portofoons.
We deden dit vooral in Nigeria, tot iemand over ons schreef in de New York Times. Ineens kregen we aanvragen uit de hele wereld. We werden ons ervan bewust dat er door elektriciteitstekorten een enorm probleem bestond, dat niet alleen veel huishoudens en bedrijven over de hele wereld raakte, maar ook instellingen voor gezondheidszorg. Niemand leek zich op duurzame energie voor gezondheidszorg te richten. Omdat we al van die kits hadden gemaakt, beseften we dat we iets hadden dat we op grotere schaal konden maken.

SI: Wat is de incidentie van kraambedsterfte?
LS: Ieder jaar sterven 280.000 vrouwen als gevolg van complicaties tijdens de zwangerschap.

SI: Welke regio’s hebben de hoogste kraamvrouwensterfte?
LS: Afrika ten zuiden van de Sahara. De landen met de hoogste cijfers zijn Zuid-Soedan, Tsjaad, Somalië, Sierra Leone en de Centraal-Afrikaanse Republiek.

SI: Welke problemen hebben werknemers in de gezondheidszorg die niet over betrouwbare elektriciteitstoevoer beschikken?
LS: Sporadische elektriciteit hindert het functioneren van de afdelingen chirurgie en verloskunde, essentiële medische apparatuur en communicatie. Dit ondermijnt het vermogen van zorgverleners om veilige, relevante en tijdige medische zorg te verlenen. Verloskundigen kunnen geen reguliere of spoedeisende zorg verlenen. Ze kunnen niet snel noodgevallen aan dienstdoende artsen melden. Verloskundigen en artsen worden gedwongen over behandelingen te beslissen zonder het voordeel van de noodzakelijke diagnostische tests. Patiënten kunnen zonder zorg weggestuurd worden wanneer er geen licht is in een gezondheidscentrum. Verloskundige procedures en noodoperaties worden uitgevoerd onder veel minder dan optimale omstandigheden, en kunnen tragische gevolgen hebben.

SI: Hoe heeft de zonnekoffer het werk van zorgverleners en gezondheidscentra verbeterd?
LS: Onze zonnekoffers zijn gebruiksvriendelijk, sterk, duurzaam en vrijwel onderhoudsvrij. Ze werken onder mobiele omstandigheden of zijn gemakkelijk te installeren in bestaande ziekenhuizen en gezondheidscentra waar een betrouwbare elektriciteitsbron ontbreekt. Verbeterde verlichting bij operaties, verbeterd gebruik van bestaande medische apparatuur en de ondersteuning van mobiele telecommunicatiesystemen reduceren vertragingen in het leveren van zorg en stellen zorgverleners beter in staat om voor patiënten met verloskundige complicaties te zorgen. Op de foetale monitor kunnen verloskundigen de hartslag van de foetus zien en patronen waarnemen die op problemen wijzen. Daarnaast geven werknemers aan dat ze met meer vertrouwen deskundige zorg verlenen en niet langer bang te zijn voor de nachtdienst. Het lijkt ook het moreel van zorgverleners te verbeteren.

SI: In hoeveel landen is WE CARE Solar momenteel actief?
LS: De zonnekoffer is nu in meer dan 400 gezondheidscentra in meer dan 20 landen beschikbaar.

SI: Wat kost een zonnekoffer?
LS: De zonnekoffer met een foetale monitor kost 1595 Amerikaanse dollar. Wij krijgen donaties die de kosten van de meeste zonnekoffers dekken en hebben ook bestellingen van VN-organisaties zoals de WHO en UNICEF ontvangen.

SI: Hoewel de zonnekoffer was bedoeld om bij bevallingen te helpen, worden ze nu ook bij andere medische procedures en behoeften van de gemeenschap gebruikt?
LS: De chirurgische verlichting wordt gebruikt voor alle operaties in een ziekenhuis. De verlichting in de verloskamer is waarschijnlijk de beste verlichting in de kliniek en kan voor noodgevallen en kindergeneeskundige zorg worden gebruikt. In één geval werd de zonnekoffer door een arts in de Democratische Republiek Congo gebruikt, die een heel dorp op een eiland waar cholera heerste, behandelde. Er waren 122 gevallen. Voor het eerst in de geschiedenis van het dorp overleefden alle patiënten de cholera en de dokter noemde de verlichting met de zonnekoffer als belangrijke hulp bij de zorg voor de patiënten.

SI: Wat is het psychologische effect op moeders wanneer ze weten dat de kliniek toegang tot betrouwbare elektriciteit heeft?
LS: Moeders hoeven niet langer kaarsen of petroleum te kopen wanneer ze zich voorbereiden op een bezoek aan een gezondheidscentrum voor zorg. Ze zijn opgelucht in de kennis dat er licht in de kliniek zal zijn. Het heeft hun angst om naar de gezondheidscentra te gaan verminderd.

Voor meer informatie: www.wecaresolar.org

Zie ook het artikel ‘Oplossing in kofferformaat om kraambedsterfte te verminderen’, van Carol Erikson (Share International, oktober 2010).

Jason Francis is medewerker van Share International en woonachtig in Massachusetts (VS).

door Thiago Staibano Alves

Iedereen zag het op televisie en in de kranten. In juni 2013 bleek dat de Brazilianen, die erom bekendstaan meestal alleen in menigten de straat op te gaan bij feestelijke gelegenheden, het vieren van het WK of carnaval, net als de rest van de wereld reageren op het nieuwe klimaat van politieke participatie, sociale rechtvaardigheid en vrijheid, dat is ontstaan sinds de demonstraties in Caïro (Egypte) in 2011.
Wat begon als een protest tegen de verhogingen van de openbaar-vervoertarieven in de grote Braziliaanse steden werd – na een nacht van hardhandig politieoptreden in São Paulo – de week daarna een golf van protesten die duizenden, mogelijk zelfs een miljoen, mensen ertoe bracht in de Braziliaanse steden, waaronder de hoofdstad Brasilia, de straat op te gaan. De eisen van de demonstranten breidden zich uit tot andere kwesties als onderwijs, gezondheidszorg, beëindiging van de inmenging van religieuze groeperingen in de politieke aangelegenheden van het land, en grotere inzet ten behoeve van dat elementairste recht van elke democratie – het recht om te demonstreren.
De protesten tegen hogere tarieven waren succesvol: na afloop gaven de autoriteiten toe en brachten de tarieven van het openbaar vervoer terug op het oude niveau. Brazilianen begonnen de invloed van hun eigen kracht te ervaren.
De media, die aanvankelijk terughoudend waren met berichtgeving over de demonstraties van de Movimento Passe Livre (beweging voor gratis openbaar vervoer in het hele land), werden gedwongen partij te kiezen toen zij zagen dat een journalist van een groot dagblad tijdens een demonstratie in São Paulo door de politie met een rubberen kogel in zijn oog werd geschoten.
Gedurende de daarop volgende week van protesten werd er uitgebreid over bericht in kranten en tijdschriften en op de Braziliaanse televisie. Helaas stopten de media na enkele weken met hun berichtgeving over de protesten, die tot op de dag van vandaag voortduren. Naarmate de media-aandacht verwaterde, werden de mensen niet meer correct geïnformeerd over wat er gebeurt. Wanneer er geen informatie is en mensen niet weten wat er gaande is, dan hebben de krachten van repressie de vrijheid om gebruik te maken van alle mogelijke middelen, met inbegrip van illegale, om de rechten te schenden van degenen die nog op straat protesteren voor betere salarissen voor leraren, het recht van vrouwen op abortus, of het recht van de armen op huisvesting. En dat is wat er nu in Brazilië gebeurt.
Een bijzonder positief uitvloeisel van de protesten is echter de oprichting van NINJA – een alternatieve mediagroep die de demonstraties met behulp van mobiele telefoons filmt en rechtstreeks uitzendt met een mobiel toestel dat ze in elkaar hebben gezet met behulp van een supermarktkarretje. Na het hoogtepunt van de demonstraties in 2013 bleef de groep veel van de protesten verslaan die de toonaangevende media niet langer lieten zien. De populariteit van deze mediagroep is sinds de oorspronkelijke protesten enorm gegroeid. Als de reguliere media het niet willen of niet kunnen, dan willen en doen de media van het volk het.
Gevallen van politiegeweld en willekeurige arrestaties bij demonstraties zijn zo talrijk dat het onmogelijk is om in één artikel het grote, toenemende aantal slachtoffers aan te geven van deze aanhoudende ontwikkeling in Brazilië sinds juni 2013. Veel gewone mensen, wier enige misdaad was dat ze een standpunt innemen tegen het onrechtvaardige beleid van hun regering, zijn mishandeld. Echter, als gevolg van de demonstraties is een groep genaamd Activisten Advocaten opgericht om Brazilianen te helpen die tijdens protestmarsen door de politie mishandeld zijn.
Bij een demonstratie ter ondersteuning van leraren die in Rio de Janeiro staakten, werden 64 mensen gearresteerd: 44 waren volwassenen en 20 waren onder de 18 jaar. De arrestaties werden verricht op grond van schending van een nieuwe ‘Wet tegen Criminele Organisaties’ die inhoudt dat wanneer vier mensen samenkomen, dat als overtreding kan worden gezien. De wet staat de arrestatie toe van grote aantallen demonstranten en was een van de weinige ‘oplossingen’ waar de overheid mee kwam als antwoord op de golven van demonstraties die verbeteringen van de kwaliteit van leven eisten.
Ondanks de schokkende aard van mishandeling en wijdverbreide corruptie is een andere overwinning voor de burgers (door velen gezien als bijna wonderbaarlijk), het feit dat parlementsleden een controversieel voorstel verwierpen dat de onderzoeksbevoegdheden van de openbare aanklager zou hebben beperkt. De zogenoemde ‘PEC37’ zou de grondwet hebben gewijzigd, teneinde opsporingsbevoegdheden aan de notoir corrupte politie over te dragen. Critici zagen dit als carte blanche voor corruptie en vreesden dat het justitie en onderzoeksinstanties zou ondermijnen. Ook de Braziliaanse senaat stemde onverwacht voor ingrijpende wetsvoorstellen om corruptie, verduistering en ontvreemding opnieuw te categoriseren als ernstige misdrijven, strafbaar met een minimum van vier jaar gevangenis.
De overheid is overrompeld door de massale protesten en gedwongen om een aantal hervormingen te overwegen, zelfs kosmetische. President Dilma Roussef heeft het idee geopperd van een grondwetgevende vergadering om in Brazilië politieke hervormingen teweeg te brengen. Hoewel het idee later door de president en een deel van de Arbeiderspartij werd afgedankt, is het sindsdien uitgegroeid tot een belangrijke eis van veel sociale bewegingen in Brazilië, omdat het een van de meest democratische manieren zou zijn om politieke hervormingen in te voeren.
President Roussef en andere politici werden ook gedwongen tot een gesprek met vertegenwoordigers van de sociale bewegingen. De regering is onder zware kritiek komen te staan vanwege haar onwil om met hen te praten en toch ontkwamen de president en haar collega’s er niet aan om een vergadering bij te wonen met deelnemers uit bewegingen die beter openbaar vervoer in het land eisen, alsmede vertegenwoordigers van andere sociale bewegingen zoals de Landlozenbeweging. Stap voor stap ontwaakt het Braziliaanse volk en eist een rechtvaardiger en eerlijker land.

Thiago Staibano Alves is medewerker van Share International en woonachtig in São Paulo (Brazilië).